• Klootzak

    In Maastricht zet je je afval buiten in een zogenaamd ‘rode zak’. Dat is een vuilniszak van hoogst beroerde kwaliteit die bij het minste of geringste – bij voorkeur van boven naar onder – openscheurt en die daarnaast ook nog eens verschrikkelijk duur is. Natuurlijk duur want de vervuiler betaald. Naast de vuilniszak – waarvan twee modellen in omloop zijn – hebben we ook nog de ‘groene bak’. Niet dat die bij veel mensen nog groen is, maar ooit was ie dat wel. Om beurten wordt iedere week een van deze twee geneugten door de gemeentelijke afvaldienst opgehaald. Waarom dat om beurten gaat is me niet helemaal duidelijk, maar kennelijk heeft de overheid tegenwoordig ook een rol in de bescherming van de groene ‘vleesvlieg’. Bij warm weer en een verkeerd getimede barbecue (wanneer de zakken net zijn opgehaald) heb je na een paar dagen rondom je vuilniszak de ultieme micro-biotoop voor deze allemansvriend gecreëerd, die vooral in het ‘puppy-stadium’ zo’n vriendelijke aanblik vormt. Wuft keuvelen de witgele larven over elkaar heen en doen zich te goed aan al die versnaperingen die wij – het mensenvolk – aan hen zo vrijwillig hebben afgestaan.

    Niet alleen de maden zijn dol op vuilniszakken. Katten, steenmarters en eksters zijn er ook dol op. Zodra er een vuilniszak vol is dolen deze natuurvrinden er in roedels rondom heen. Een klein nageltje of venijnig snaveltje is genoeg om de zak volledig op te scheuren waarna de inhoud van de vuilniszak zich openbaart aan de fauna van de achtertuin. Vakkundig wordt vervolgens de inhoud door de ganse hof verspreid zodat vader de volgende ochtend – blij dat ie weer iets voor zijn ‘vriendjes’ heeft kunnen betekenen – de versnaperingen recentraliseert in een nieuwe verse doch kneiterdure zak waarna het spel bij zonsondergang opnieuw kan beginnen.

    Als zelfs vlieg en vogel de zak niet meer pruimt zijn de twee weken eindelijk om en kan de zak aan de straat worden gezet. Een straat die als doorgangsroute dient voor ‘Neerlands hoop in bange dagen’. Het Maastrichter studentenkorps. Met een pint achter de kiezen hervinden zij week in week uit de energie om de vuilniszakken als ware het een Strategospel op straat en stoep te herpositioneren. Een kolderiek en bovenal feeërieke vertoning die bij het ochtendgloren het beste uit de zak naar bovenhaalt. De inhoud, frivool verdeeld over 300 meter straat, is voor de aanstormende vuilnismannen als een rode lap voor een stier. De stalen afvalkolos wordt er rouwdouwend naast, over- en doorheen geloodst. Een middelvinger ten afscheid. Wat rest is wederom die gelukkige huisvader die met handveger en blik gewapend, is veroordeeld tot het – voor de zoveelste keer – bijeenvegen van het zo aan hem gehechte huisvuil.

    Er zijn medebewoners van deze stad die het gemeentelijk initiatief van de ‘rode zak’ niet kunnen waarderen en er een duidelijk andere moraal op nahouden. Lieden die niet scheiden maar onbescheiden hun huisvuil in de oude ordinaire grijze ‘Komo-keur-zak’ aan andermans straat zetten. De gemeente geeft het opspeuren van dergelijke rotzakken geen enkele prioriteit waardoor de grijze zak langzaam maar zeker weer een vertrouwde gast in het straatbeeld aan het worden is. Het is een beetje als met Koning Midas maar dan andersom. Als je een dergelijke zak aanraakt is het ook jou probleem. Het principe van de ‘vervuiler betaald” is dan ineens geheel overboord. De ‘aanraker betaald’. De vervuiler is beloond en zal het de volgende keer weer doen. Al maanden probeer ik de ‘zwartzakkers’ op heterdaad te betrappen, maar echt succesvol ben ik hierin nog niet geweest. Maar ja. Ik ben dan ook helemaal kapot van het afvalbeleid van deze gemeente. Letterlijk.