• Ta Gueule Conard!

    Een paar jaar geleden reed ik met een goede vriend van me een rondje langs de Rijn, Moezel, Sûr (Luxemburg), om vervolgens door de Ardennen terug naar huis te fietsen. Vaste prik in de route naar huis is een stop in de voor ons legendarische plaats La Roche. Normaal gaan we op een camping slapen, maar als het regent bij aankomst doen we dat niet en hebben toen een hotelletje gepakt. Nou ja. Dat was even zoeken en het lag een stuk buiten La Roche, maar wij waren er blij mee.

    In het café bij het hotel kwam rond een uur of 22.00 een man binnen die heel royaal aan iedereen die hij zag bier begon uit te delen. Heel welvarend zag ie er niet uit en na een tijdje kregen we in de gaten dat ie dat ook niet was. Het was een Hollander, getrouwd met de waardin en hield duidelijk meer dan gemiddeld van het goudgele gerstenat. Bij ieder rondje die hij gaf, knikte zijn vrouw afkeurend en na een tijdje werd hem deze afkeuring ook verbaal duidelijk gemaakt.

    We raakte met hem aan de praat en hij vertelde dat ie al sinds de jaren ’70 een outdoor activiteitencentrum in de Ardennen runde. Eerst om losgeslagen jongeren als in een soort bootcamp terug in het gareel te krijgen. Later, commercieel, ook voor de toeristen die ook wel eens van een touw een berg af willen tokkelen. Want als het outdoor is het het geen kabelbaan meer, maar een tokkelbaan. Trots vertelde hij, uiteindelijk straalbezopen, dat ie de Ardennen vercommercialiseerd had. En hij had gelijk. Niet zozeer in het feit dat hij dat gedaan had, maar de Ardennen is eigenlijk een groot outdoorcentrum met groepsaccomodatie geworden. In Zuid-Limburg gaan we trouwens precies dezelfde kant op.

    Deze week was ik met al mijn ooms en tantes, neven en nichten, achterneefjes en achternichtjes in Trois-Ponts bij Coo. We hebben daar geluierd, van het mooie weer genoten, maar ook in een kano gezeten. Kayakken op de Amblève heet dat daar. Voor een vriendenprijs je krijg je een kano. Daar stap je dan met twee man in. Om de sensatie nog groter te maken is de kano voorzien van gaten waardoor het water vrijelijk naar binnen kan stromen want de ‘experience’ is pas compleet als alle kleren door en door doorweekt zijn. Aan waterdichte tonnetjes door we niet. Dat is voor watjes.

    Het resultaat. Na 1 km (van de 9 km) lag 1 kano met de tekst ‘zak maar in de stront met je kut-kano’ op de zijkant. Iets daarna verliet nog 1 persoon een tweede kano in permanente staat van ondergang. 3 kano’s zijn omgeslagen waarvan 2 meer dan 3 keer. De drie dissidenten zijn teruggelopen naar de startplaats waar het ‘Vous-avez un probleme!’, over de plotselinge vermissing van de kano, net niet werd beantwoord met een ‘Ta gueule conard!!’, maar veel scheelde het niet. De meer dan professionele organisatie bleek ineens geen Nederlands meer te spreken en ook in het Frans bleek het niet mogelijk het eindpunt te bereiken om daar aan de overige leden van de groep mede te delen dat 3 mensen toch hebben afgezien van deze Ardeense euthanasie variant.

    Na een boottocht van ongeveer 1 uur en een kwartier hebben we minstens een uur op de bus moeten wachten waarvan de deur niet sloot, de gordels kapot of niet aanwezig waren en waarvan de chauffeur de arbeidsvreugde had van een boer die een beerput moet leegdrinken. Wel had de chauffeur tijd om tijdens de rit te bellen. Niet met het vertrekpunt, want dat kon immers niet. De Ardennen zijn vercommercialiseerd, maar lang gaat dit niet duren, want dit moet vroeg of laat een keer faliekant misgaan.