Gisteren vertrok de Tour de France uit Luik. Luik heeft er zin in. In 8 jaar tijd zijn ze gastheer geweest van twee Grand Departs van de ‘Tour de France’ (2004 en 2012) en één van de ‘Giro’ (2006). Bovendien zijn ze ieder jaar tenminste twee keer in de picture tijdens de mooiste voorjaarsklassieker die er is: Luik-Bastenaken-Luik. Gisteren ben ik er met een paar vrienden en mijn zoontje gaan kijken. Echt leuk om mee te maken.
Al is het natuurlijk weer eens opzienbarend te noemen hoe grandioos het openbaar vervoer inspeelt op dit soort mega evenementen. Kosten noch materieel wordt gespaard om de mensen in optimale omstandigheden op de plaats van bestemming te krijgen. Toen ik om 13.00 op het station aankwam voor de trein van 13.10 stonden er een kleine 250 man te wachten op dit staaltje hypermoderne techniek voor personenvervoer. Na 200 man was de trein vol maar met een beetje proppen konden die 50 man extra er makkelijk in. Toen naar Randwijck. Daar stonden nog eens 50 man te wachten en ook die konden er met nog meer proppen nog wel in. De temperatuur in de trein steeg langzaam tot boven de 40 graden. De tour mag dan op niemand wachten, de trein doet dat wel en vervolgde zijn reis naar Eijsden waar 25 man nog een allerlaatste plekje in de bagagerekken en op de toiletten wisten te bemachtigen.
Steeds meer kreunend zette de boemel zich in beweging voor die laatste paar stationnetjes voor Luik. Visé werd echter een probleem. Op het perron stonden een tiental mensen en die konden er echt niet meer bij. Toen we echter wegreden zagen we er nog eens 200 die al niet eens meer geprobeerd hadden naar de trein te lopen. Waarschijnlijk wisten ze genoeg toen ze her en der benen uit de ramen zagen steken en platgedrukte gezichten tegen de beslagen ramen naar boven danwel naar beneden zagen glijden. Nadat er voor de vorm nog een tussenstop gemaakt in Bressoux waren we dan echt in Luik.
Daar hebben ze in een achterstandswijk tussen de stipclubs, hoerententen en exotische fruitwinkels een station neergezet dat ronduit fenomenaal is. Het past totaal niet in de omgeving en een masterplan voor de omgeving is ruim 5 jaar na de oplevering van het station ook nog steeds niet waarneembaar, maar ik hoop echt dat ze de omgeving aan het station gaan aanpassen en niet andersom. Na een korte wandeling kwamen we bij de rennersbussen in de startchaos die zo bij ‘Le Tour’ hoort en ik heb mijn ogen weer eens uitgekeken. Dikke Smeets zegt altijd: ‘De Tour is van iedereen’. En Smeets heeft gelijk, alleen vergeet ie er bij te zeggen dat ie van sommige mensen iets meer is dan van de andere. Getuige het enorme VIP-dorp dat op het eiland tussen start en finish was opgetrokken en waar honderden mensen zich laafden aan drank en spijs terwijl de Tour links en rechts van hen op stoom kwam. Daar waren ze natuurlijk volstrekt niet in geïnteresseerd, maar dat is pas echt chique. Op de beste plek bij een sportevenement mogen zitten en dan gewoon niet gaan kijken. Dat is als een sigaar in een een glas cognac dopen van € 400, die vervolgens achteloos in de fuchsia flikkeren en de sigaar na een trekje ook. Gewoon omdat het kan en je het kunt betalen.
Na drie uren sensatie, prachtig weer en een goed zicht op de renners terug naar het station voor de apotheose. Want na de ervaring van eerder op de middag waren we heel benieuwd op de Belgische spoorwegen – gealarmeerd door de wantoestanden op de heenreis – extra materiaal had ingezet. Maar toen we om 17.15 met dik 600 man op het perron in Luik Guillemins de trein zagen naderen wisten we het antwoord. NEE!
If you enjoyed this article please consider sharing it!