• Kroniek van een aangekondigde Dood

    Morgen ga ik iemand verliezen die me heel dierbaar is. Klinkt een beetje als een ‘Kroniek van een Aangekondigde Dood’ en eigenlijk is het dat ook. Vele jaren geleden hoorde een tante van me dat ze kanker had. Een schok maar geen heel grote verrassing, want de ziekte met de ‘K’ komt al jaren in onze familie voor. De kans dat ook zij er vroeg of laat mee geconfronteerd zou worden was groot. Maar zij had een groot hart en droeg haar ziekte waardig. Natuurlijk was vast wel eens down en verdrietig, maar vooral strijdbaar en optimistisch. Keer op keer won ze het gevecht, maar zoals zo vaak gaf de ziekte niet op. Ieder keer dat ik hoorde dat het toch weer wat minder ging had ik er vertrouwen in dat het goed zou komen. Dat ging immers altijd zo. Tot dit jaar.

    Soms kijk je naar iets en moet je ineens aan iets totaal anders denken. Ik was dit voorjaar bij een vrijgezellenfeest van een vriend die een paar jaar geleden zijn moeder verloor aan dezelfde ziekte. Ook een beetje op dezelfde manier. Het was in Amsterdam en we sliepen op een boot. Omdat het in Amsterdam zo’n drama is om te parkeren waren een aantal mensen op zoek naar een automaat om hun chipknip op te laden. Ze bleven lang weg en op de boot dronken we een biertje toen ineens overal sirenes klonken. Brandweer, ambulance en politie. Er was zelfs een helikopter in de lucht. Dat er iets mis was was wel duidelijk. Later bleken er bij Amsterdam CS twee treinen op elkaar te zijn gereden waarbij slachtoffers zijn gevallen. Ik moest, onder de indruk van hetgeen zich om ons afspeelde, ineens aan mijn tante denken. Ik realiseerde me dat er ook voor haar  – net als bij de moeder van die vriend van me – een moment moest komen dat het niet meer goed zou komen. Gek genoeg werd dat 6 weken later op het familieweekend in de Ardennen al bewaarheid. Er was namelijk koorts. Koorts die niet wegging. Kortom: het was mis. Goed mis. En het zou niet meer goed komen ook.

    Mijn oudste tante, die in 1980 is gestorven, hield samen met mijn oma een dagboek bij van haar gevecht tegen kanker. Een dankbaar boek. Al was het alleen maar om na vele jaren te lezen hoe het allemaal gegaan was. Want als kind krijg je er allemaal maar flarden van mee. Dat was nu eigenlijk ook zo, maar nu omdat mijn leven zich concentreert rondom mijn gezin en de twee kleine kinderen die daarin centraal staan. Leven in de dop. Ik weet dat mijn jongens samen met mijn neefjes en nichtjes de trots van mijn vader en moeder zijn. Mijn tante heeft haar eigen kleinkind, die nog maar een paar weken oud is, gelukkig nog gezien en gekend. Ze is oma geworden en heeft ongetwijfeld intens van haar kleine manneke genoten. Maar morgen neemt ze afscheid van iedereen die haar dierbaar is. Haar man, haar kinderen, haar kleinkind, broers, zus, verdere familie  en een enorme hoeveelheid vrienden. Deze klap doet pijn. Echt pijn. Ook al zag ik hem al maanden aankomen. Tante Marij rust zacht.